1938. Manod woont op een klein eiland vlak voor de kust van Wales. Iedereen kent iedereen en wanneer er een dode walvis op het strand aanspoelt is het hele eiland er in de ban van.  In deze kleine wereld is Manod op zoek naar een uitweg van haar kleine leven.  Wanneer twee antropologen op het eiland verschijnen om onderzoek te doen naar de gebruiken van de eilandbewoners is Manod meer dan bereid ze te helpen.  Ergens denkt ze op die manier te werken aan een uitweg van het eiland, maar de antropologen zijn niet steeds eerlijk tegen haar.

Dit romandebuut van Elizabeth O’Connor werd in het Verenigd Koninkrijk warm onthaald en door de pers uitgeroepen tot een van de belangrijkste debuten van het jaar.  In dit boek met korte hoofdstukken schept ze een mooi beeld van het moeilijke eilandleven vlak voor de Tweede Wereldoorlog.  Het nieuws van een ophanden zijnde oorlog zorgt voor wat onrust op het eiland en de aangespoelde walvis lijkt een voorbode van alles wat nog komen moet.  Ook de komst van de antropologen wordt niet door alle bewoners geapprecieerd en dat is waarschijnlijk terecht, want hun motieven zijn niet helemaal duidelijk. Manod laat zich echter meeslepen en droomt van een toekomst waarin ze kan studeren en zichzelf mag zijn.  Dit bijzondere boek voert je mee in het kleine eilandleven en de uitdagingen waarmee dit voor de kleine gemeenschap gepaard gaat.  Een mooi verhaal dat enerzijds aandacht heeft voor de beperkingen die de jongere bewoners in hun toekomstbeeld ervaren en anderzijds ook aandacht heeft voor hun unieke eilandleven dat in die tijd heel sterk onder druk stond.  Een boek dat me enkele uren helemaal onderdompelde in de aparte eilandcultuur.

Dankjewel AmboAnthos voor dit sterke debuut!

ISBN: 9789026363986 – Verschenen op 10/05/2024 – 189 p. – Uitgeverij AmboAnthos