Antwerpen, 1869. Dimpna blijft als wees achter als haar beide ouders en zusje komen te overlijden. Ze werkt in een hoedenatelier dat ‘s avonds in een schimmig etablissement verandert. Daar leert ze Valentijn kennen, een vondeling die erin slaagde zich op te werken tot stuurman ter koopvaardij. Ze bouwen een band op, maar als Valentijn …
