
2020 bracht heel wat mooie, nieuwe boeken voor kinderen van 8 tot 13 jaar. Ik mocht een deel van deze boeken lezen en selecteerde mijn favorieten. Misschien vind je een boek dat je nog niet kende of een lastminute cadeautje?
1. Dessertvorkjes en andere belangrijke dingen – Kelly Theunis

Dit is het debuut van Kelly Theunis en wat voor één! Ze schreef een prachtig, ontroerend kinderboek over de kleine Loulou van een jaar of negen. Loulou houdt van nieuwe woorden en vindt die zelf ook uit. Haar mama is een beetje anders dan de andere mama’s en haar papa is alleen een foto. Maar Loulou is ook ontzettend vindingrijk en besluit op zoek te gaan naar haar papa. Kelly Theunis slaagt erin de avonturen van een meisje uit een gezin dat een beetje anders dan anders is heel mooi te vertellen. Mijn volledige recensie vind je hier.
2. Het been van opa – Reinhilde Van Driel

Met haar derde jeugdboek bewijst Reinhilde Van Driel dat ze ondertussen het recept voor een goed jeugdboek onder de knie heeft. Het verhaal van twee, ogenschijnlijk gewone kinderen, de ene wat bang, de ander onverschrokken die op zoek gaan naar hun opa is grappig en spannend. Bovendien is het fantasierijk maar je blijft steeds geloven dat het toch wel waargebeurd zou kunnen zijn. Het boekje heeft een geringe omvang en zal hierdoor ook kinderen die minder graag lezen over de streep trekken. Mijn volledige recensie vind je hier.
3. Het jaar dat de bijen kwamen – Petra Postert

Dit boek van Petra Postert, werd uit het Duits vertaald en werd mét reden genomineerd voor de Duitse Jeugdliteratuurprijs in 2018.
Het boek is prachtig geschreven en beschrijft niet alleen het verhaal van Josy en hoe ze stap voor stap met haar bijen leert omgaan, maar in een tweede verhaallijn komt ook het leven in de bijenkorf aan bod. De auteur is er met verve in geslaagd om het belang van bijen op een leuke manier te beschrijven. Het boek lijkt op geen enkel moment op een infoboek en toch blijft ongemerkt heel wat info hangen. Het respect voor de bijen zal na het lezen van de boek zeker een hoge vlucht nemen! Mijn volledige recensie vind je hier.
4. Alles wat ik nog met Gizmo wil doen – Ben Davis

Lukas heeft een hond, Gizmo. Gizmo is veertien en als hij op een dag ziek wordt laat de dierenarts weten dat hij niet zo lang meer te leven heeft. Lukas heeft niet zoveel vrienden en Gizmo betekent heel veel voor hem. Hij maakt een bucketlist met leuke dingen die hij nog samen met Gizmo wil beleven. Zo wil hij nog een ijsje gaan eten en een groot avontuur beleven. Zal Lukas erin slagen al deze dingen nog met zijn lieve hond te doen? Ben Davis is erin geslaagd een prachtig jeugdboek te schrijven dat zowel grappig, avontuurlijk als erg emotioneel is. Mijn volledige recensie vind je hier.
5. Fort Fiktori – Mark Tijsmans

Fort Fiktori speelt zich af in 1916 in een klein dorpje aan de ijzer. Mark Tijsmans gaat in zijn nieuwe boek toch een beetje een ander toer op. Deze oorlogsnovelle is in een poëtische stijl geschreven en opgebouwd. De zinnen zijn kort en de gebruikte taal is eenvoudig. In die eenvoud schuilt een grote kracht, die heel wat emoties opwekt. Het vleugje humor, dat zo kenmerkend is in zijn boeken, is ondanks het ernstige thema zeker aanwezig. Hij slaagt erin de tijdsgeest mooi weer te geven en geeft een stem aan twee eenvoudige jongens in een buitengewone tijd. Mijn volledige recensie vind je hier.
6. Het geheim van de Malamander – Thomas Taylor

Herbert Citroen is ongeveer 12 en de gevonden-voorwerper van Grand Hotel Nautilus. Op een dag kruipt Violet Purperwier door zijn raam en ze heeft zijn hulp nodig. Spanning, humor en avontuur worden subliem gecombineerd in dit zalige jeugdboek. Jong en oud zullen dit verhaal zeker kunnen smaken! Van in het begin word je in het verhaal meegesleept en dat maakt dat je het boek moeilijk kan wegleggen. Je wordt als het ware meegenomen in het avontuur van Herbert en Violet. Door de prachtige schrijfstijl en beschrijvingen zie je het decor van het verhaal echt voor je. Mijn volledige recensie vind je hier.
7. De juwelendief – M.G. Leonard & Sam Sedgman

Dit boek leest, hoe kan het ook anders, als een trein. De auteurs M.G. Leonard en Sam Sedgman zijn erin geslaagd een grappig, avontuurlijk detectiveverhaal voor kinderen te schrijven dat je van begin tot eind op het puntje van je stoel laat zitten. De mooie prenten en plattegronden van de hand van Elisa Paganelli zorgen ervoor dat je helemaal mee bent met het verhaal. De spanning wordt goed opgebouwd en op verschillende momenten vraag je je af of het wel goed komt. Tot de laatste pagina blijft het daardoor boeiend lezen. Mijn volledige recensie vind je hier.
8. Reisbureau Wereldvreemd – L.D. Lapinski

Dit spannende boek voor lezers vanaf 10 jaar is het eerste in een reeks van kersverse schrijfster L.D. Lapinski. Lapinski verzon een magisch avontuur, dat je op het puntje van je stoel laat zitten. Van bij de eerste pagina’s word je meegesleept in dit leuke boek. Heel wat kinderen zullen ongetwijfeld van dit zalige boek kunnen genieten, want hoewel de spanning heel goed opgebouwd wordt, is het verhaal nooit eng. Het ontdekken van magische werelden door in koffers te duiken is goed gevonden. De magische werelden zijn prachtige beschreven waardoor deze werelden in je fantasie helemaal tot leven komt. Mijn volledige recensie vind je hier.
9. Ons kasteel aan zee – Lucy Strange

Dit avontuurlijke jeugdboek voor goede lezers vanaf 10 jaar, neemt je mee in een spannend, maar toch emotioneel verhaal tijdens de tweede wereldoorlog. Het combineert interessante info over de tweede wereldoorlog met een verhaal dat zowel jongens als meisjes zal kunnen boeien. Het boek is vlot geschreven maar hier en daar worden wel wat moeilijkere woorden gebruikt. Het kan dus handig zijn om die even op te zoeken. De stijl van het boek deed me wat denken aan de verhalen van ‘De vijf’ door Enid Blyton. Lucy Strange schreef eerder al het boek ‘Het geheim van het nachtegaalbos’, waarvoor ze in 2018 een Vlag en Wimpel ontving. Mijn volledige recensie vind je hier.
10. Briefjes voor Pelle – Marlies Slegers

Pelle zijn papa is een jaar geleden gestorven. Hij krijgt een doos van zijn mama die zijn papa voor hem gemaakt heeft. “Briefjes voor Pelle” is hartverscheurend en hartverwarmend tegelijk. Marlies Slegers weet de emoties van Pelle en zijn mama goed te beschrijven en raakt van bij het begin. Het is mooi om te lezen hoe de personages doorheen het boek het leven terug omarmen door de briefjes van papa. Het kan voor kinderen die een gelijkaardig verlies meemaken een troost zijn om dit boek te lezen. Mijn volledige recensie vind je hier.
11. Het lied van de vreemdeling – Linda Dielemans

Linda Dielemans, schrijver en archeologe schitterde eerder al met haar jeugdboeken. Ook nu brengt ze een prachtig verhaal voor kinderen vanaf 10 jaar over het leven in een tijd waar we weinig van af weten. Ze toont ook aan dat er een moment moet geweest zijn waarop neanderthalers en moderne mensen elkaar ontmoet hebben en er stammen samen gegaan zijn. Ze verweeft deze kennis tot een boeiend, avontuurlijk verhaal met veel historische waarde en weet daarbij de spanning meermaals goed op te bouwen. Mijn volledige recensie vind je hier.
12. De brief om middernacht – Benjamin Read & Laura Trinder

Er gebeuren vreemde dingen in het leven van Emily. Na midden in de nacht een brief ontvangen te hebben vertrekt haar moeder. Vanaf de eerste pagina van dit boek word je meegesleept in een fantastisch, magisch verhaal dat leest als een film. De personages en beschrijvingen zijn levendig en kleurrijk en zorgen ervoor dat het verhaal echt tot leven komt. Je ziet de personages en de omgeving als het ware voor je. Het verhaal is erg origineel en zal heel wat kinderen (10 +) én volwassenen kunnen boeien. Mijn volledige recensie vind je hier.
13. Mijn jaar in een tent – Tiny Fisscher

Tiny Fisscher schreef ondertussen een mooie stapel kinder- en jeugdboeken en herschrijft ook klassiekers. In “Mijn jaar in een tent” laat ze je kennismaken met Zwaan, een heel gewoon meisje, dat best wel snel bang is. Alleen in een tent slapen is voor haar een hele uitdaging, zeker de eerste nachten. Ze is van plan dit een jaar vol te houden omdat ze kost wat kost zoveel mogelijk vluchtelingenkinderen wil helpen. Het verhaal voelt heel erg realistisch aan door de levensechte personages en de gebeurtenissen die zomaar uit het dagelijkse leven gegrepen zijn. Daarbovenop is er in het verhaal ook de nodige spanning en humor opgenomen. Mijn volledige recensie vind je hier.
14. De huiself – Bruce Coville

“De Huiself” is een prachtig jeugdboek met een leuk verhaal verteld vanuit verschillende dagboekfragmenten van zowel Alex als Angus. Bovendien wordt het verhaal tastbaar gemaakt met een aantal mooie tekeningen en plattegronden van de hand van Paul Kidby.
Het is een boek voor kinderen die na het lezen van “De waanzinnige boomhut” klaar zijn voor iets moeilijkere boeken, die avontuur combineren met humor en een vleugje magie. Hoewel er heel wat minder prenten in staan, zijn deze van uitstekende kwaliteit en erg gedetailleerd. Het verhaal is een beetje spannend, maar het wordt nooit eng. Mijn volledige recensie vind je hier.
15. De wens in het water – Annette Verspoor

Er bestaan heel wat jeugdboeken over de oorlog. Fijn aan dit boek is dat het specifiek aandacht heeft voor de bevrijding. Dit was best wel een moeilijke tijd waarin iedereen moest leren leven met het opgelopen verdriet, angst en de vele vernielingen in het straatbeeld. Het boek is goed geschreven en spanning en emotie vinden er beiden een plaats. Op een luchtige manier wordt een mooi stukje geschiedenis verteld. Een mooi, spannend verhaal over bevrijding, vriendschap en hoop voor iedereen vanaf 10 jaar! Mijn volledige recensie vind je hier.
Ook 2021 belooft heel wat mooie jeugdboeken voor ons te brengen. Hou onze pagina verder in te gaten om op de hoogte te blijven van al het moois dat blijft verschijnen!